Met de opkomst van de havermoutpap in hippe Amsterdamse kringen wil ik een gooi doen om ook weer terug te gaan naar de rijstepap. Vroeger was die Franse uit de supermarkt mijn ultieme toetje: dik, smeuïg, vol met rijst (althans, dat was mijn beleving). Nu is het meer een soort vanillepudding geworden met verdwaalde rijstkorrels erin. Een teleurstelling als je zin hebt in een goede pap.
Sinds een tijdje experimenteer ik met een slowjuicer. Maar waarom zou zo'n sapje altijd koud moeten zijn? Ik had wel zin in iets warms en maakte een lekkere, verwarmende drank met appels, gember en speculaaskruiden.
Dacht je dat de double tall soy latte die je 's ochtends in de trein aan je lippen zet al aardig bijzonder was? Nou, dat valt reuze mee, hoor, als je zo eens ziet wat er elders in de wereld gedronken wordt.
Kweeperen zijn mislukte appels: ze zijn niet te eten en daarom terecht vergeten. Of toch niet? Die harige vruchten geven hun lekkere smaak pas prijs als je ze kookt. In dit 'dubbelrecept' maken we gelei van het kweepeersap en verwerken het vruchtvlees tot kweepeerbrood (ook kweepeermembrillo of kweepeerpasta genoemd). Behalve het klokhuis wordt dus alles van de kweepeer gebruikt.
Een paar weken geleden testen we een slowjuicer van Juiceme (en je kon er ook eentje winnen). We beloofden toen dat we met recepten voor sapjes uit de slowjuicer zouden komen, en hier is er dan één. Dit sapje met wortel en sinaasappel is net wat je nodig hebt als vanwege de herfst iedereen om je heen aan het snotteren is. Vol vitaminen!
Amarant is niet alleen een ultrahip superfood, maar vooral ook een erg lekker ingrediënt voor allerlei gerechten. Zelf ben ik al jaren fan van de amarantproducten van het bio-merk Allos, zoals de chocolade- en notencrunchy's en de met chocolade omhulde gepofte amarantrepen. Ik was daarom erg blij toen ik in de natuurwinkel Amaranth Pops, kant en klaar gepofte amarant, vond. Hiermee kun je makkelijk je eigen muesli of gebakjes opleuken, maar ook zelf amarantrepen maken. Of deze vrolijke chocoladerotsjes, die je eigenlijk ook superrotsjes zou kunnen noemen.
Ik ben helemaal geen suikerhater. Liever eet ik een koekje met echte suiker in plaats van zoetstoffen waar ik zo’n vreemde, weeïge nasmaak van krijg. Maar het punt is: het gaat bij mij nooit lang goed. Eerst kan ik nog gerust één koekje eten, of twee. Niet veel later gaan de koekjes met stapels tegelijk mijn mond in en eet ik gedachteloos zo een pak Bastognekoeken leeg.
Mijn ijsmachine ging stuk. Hij was er eentje van het knullige soort: grauwig wit en met een vrieselement waar af en toe wat vocht uit lekte. Kon geen kwaad, stond in de handleiding, maar na een paar jaar klooien en steeds slechter ijs, was ik klaar met dat ding. De ijsmachine trouwens ook met mij, want er brak spontaan een stuk plastic af.
IJsthee uit de supermarkt ken je wel. Je kunt ijsthee ook eenvoudig zelf maken, en je kunt er echt álle kanten mee op. Minder zoet, lekker verfrissend en van fruitig tot kruidig. Hierbij de resultaten van mijn grote ijsthee-experiment.
Zomer in Nederland. Heerlijk! Lange avonden buiten zitten met een glaasje rosé, dagjes naar het strand, de Nijmeegse Vierdaagse, muziekfestivals en zonder jas op de fiets. Genieten! Maar we kunnen ook overdrijven. Tijdens de recente hittegolf was het om te puffen zo warm. De bekende Kennedymars in Someren werd ingekort van 80 naar 50 kilometer en in mijn appartement was het al snel boven de 27 graden. Om half tien ’s morgens. Dat vroeg om drastische maatregelen. IJs!
Heb je zin om ons team te versterken? Wij zijn op zoek naar nieuwe culinaire redacteuren, gastredacteuren en restaurantgidsredacteuren.. Ben je geïnteresseerd? Lees hier verder!