Bij de groenteboer liggen weer kleine, nieuwe aardappeltjes. En dat betekent: Pellkartoffeln! Kleine, in de schil gekookte aardappeltjes die iedereen zelf mag pellen. Althans, dat betekent het voor mij en mijn Duitse man, want in Nederland is deze in Duitsland alomtegenwoordige, boerse manier van aardappels serveren nagenoeg onbekend. En dat is jammer, want het is ontzettend lekker in zijn eenvoud - en ook gezellig frutselen aan tafel. Traditionele smaakmakers zijn boter of lijnzaadolie met peper en zout, maar er wordt ook vaak kwark of kruidenkwark bij geserveerd. Voorwaarde voor succes is natuurlijk wel dat je nieuwe, vastkokende aardappeltjes van goede kwaliteit gebruikt.
Gnocchi kent iedereen vast wel. Hun Oostenrijkse broertje, de aardappelknödel, is veel minder bekend en die is ook heel lekker. De bereidingswijze is iets anders en daarnaast is hij een stuk groter dan een Italiaanse gnoccho. Daarom vinden we het tijd om ook eens een recept voor aardappelknödel te geven. Hierbij geven we een romige saus met champignons en tuinkruiden. Het resultaat is simpel, maar toch ook een beetje feestelijk. Je kunt het bijvoorbeeld serveren als avondmaaltijd met daarbij een kleine salade, maar ook als onderdeel van het paasdiner. Als kruiden gebruiken we hier peterselie en bieslook. Voeg gerust nog andere kruiden toe.
Vorige week gaf Meta vijf sterren aan het kookboek Groenten van Mari Maris, een uitgebreide encyclopedie van wat je allemaal met groenten kan doen. Zij raadde aan om gewoon een groente te kiezen en daar wat lekkers bij uit te zoeken. Aan haar vriend was de eer om een recept uit te zoeken en hij koos dit smakelijke ovengerecht met bloemkool als basis.
Spruiten zijn al sinds de vijfde eeuw bekend, maar desondanks hebben ze nog steeds niet iedereen kunnen overtuigen. Veel hangt echter ook af van de manier waarop je ze klaarmaakt. Daarom doen we het dit keer op een hele andere manier dan je gewoon bent: we maken er een curry mee. Het gerecht is gebaseerd op de Indiase keuken maar bereid volgens eigen ingeving. In plaats van paneer gebruiken we tofu. Deze bakken wel eerst goudbruin voor een betere textuur. Lekker met rijst of naan, maar ook met aardappels.
De snijboon heeft een prachtige soortnaam "Helda" en is lid van de gezellige vlinderbloemfamilie. Waar komt dan het vooroordeel 'rare snijboon' vandaan? Het woord 'snijboon' heeft in elk geval te maken met het feit dat de boon doorgaans gesneden wordt voor het eten. Vroeger bij voorkeur in hele dunne plakjes: met de snijboonmachine van vroeger, maar ook nog steeds zo te vinden in zakjes in de supermarkt. De gewoonte om de snijboon zo dun te snijden is omdat zowel peul als boon gegeten wordt. Vroeger was de peuldraad erg stug - maar inmiddels zijn de rassen daarop aangepast. Zelf eet ik ze liever gesneden op 2-3 cm, dan zijn ze eigenlijk lekkerder. Het is niet altijd mogelijk om een kleine hoeveelheid (hele) snijbonen te kopen. Daarom vind je in dit artikel meteen twee recepten: éénmaal warm als groente en een dag of twee later als salade.
Het is Paarse Vrijdag. In navolging van Spirit Day in de Verenigde Staten kunnen scholieren en studenten hun solidariteit met lhbtq+'ers tonen door iets paars te dragen. Ik kende deze speciale dag nog niet en vond het des te leuker te lezen dat die in 2010 in Nederland voor het eerst werd gehouden op de Piter Jelles scholengemeenschap in Leeuwarden, waar ook mijn oude middelbare school, het Stedelijk Gymnasium Leeuwarden, toe behoort. Om het feest luister bij te zetten - en omdat rode kool een echte wintergroente is die veelzijdiger is dan je denkt - vind je in dit artikel een fijne selectie aan recepten met deze groente, die tenslotte eerder paars dan rood is: traditioneel, uit de oven of als salade.
Savooiekool is voor mij verbonden met de koudere dagen. Ik vind deze kool wel lekker, maar soms heb ik gebrek aan inspiratie om hem te bereiden. Ik wil er ook niet constant bechamelsaus over gieten: net zoals alle andere groenten kun je er veel meer mee doen. Dit recept voor in witte wijn gestoofde savooiekool met cashewnoten is een leuke variatie, geïnspireerd op de Franse keuken. Het gerecht is gemakkelijk te maken en ook relatief snel klaar. Een ideaal bijgerecht voor een koudere en donkere avond.
Machteld schreef er nog een zeer uitgebreid artikel over in 2013, zelf zuurkool maken. Ik ga er hier dan ook niet te veel over uitweiden. Persoonlijk vind ik wecken en inmaken net wat te veel werk, maar als er je er je hand niet voor omdraait, ga gerust je gang. Ik ken mensen met een voorraad aan ingemaakte groenten, fruit en jam, genoeg voor een heel weeshuis, gewoon als hobby. Graag neem ik daarvan een potje in ontvangst, bij wijze van cadeautje, want om te krijgen vind ik het dan wel weer erg leuk. Ik maakte onderstaande Hongaarse zuurkool met vastkokende, iets kruimige aardappels.
Uit het boek De vier Seizoenen van Sanne Vogel plaatsen we een stamppotje met bietjes en cantharellen. In dit zomerse recept gebruikt ze zomerpostelein, maar dat is gelukkig ook door andere zachte bladsoorten te vervangen. En ondanks dat het een zomers recept is, maken de bietjes en paddestoelen het toch nog herfstig.
Soms word je door het toeval geïnspireerd tot een nieuwe combinatie van groenten. Deze week kreeg ik namelijk van de tuinderij waar ik als vrijwilliger werk verse rode biet en een krop radicchio mee. 's Avonds maakte ik er een gerecht uit de oven mee en besloot dat het een goede combinatie zou zijn met pasta en mozzarella.
Heb je zin om ons team te versterken? Wij zijn op zoek naar nieuwe culinaire redacteuren, gastredacteuren en restaurantgidsredacteuren.. Ben je geïnteresseerd? Lees hier verder!